KORT VRAAGGESPREK MET ERIK DE SMEDT
OVER FOTOGRAFIE
(2022/23)

Waar vind je je onderwerpen?

Alles kan ‘materiaal’ worden. Mensen vragen me soms: ‘Meneer, waarom fotografeert u daar? Daar is toch niks te zien?!’ Dan antwoord ik: ‘Meneer (of mevrouw), als je goed kijkt, dan is er 
o v e r a l  iets te zien.’

Ik laat mijn kleine maar goede Canon SX620 HS (25x optische zoom) iets vinden, om het even waar. Hij is mijn speurhond. Ik stuur hem op jacht maar weet niet op voorhand of hij met iets en waarmee hij terugkomt.

Maak je ook nog realistische foto’s in de gewone betekenis?

Natuurlijk. Ik leef sterk in mijn gedachten maar ook in de werkelijkheid. Ik wandel veel – het moet voor mijn rug – en m’n fototoestel zorgt er dan voor dat ik niet in mezelf blijf zitten maar uit mijn ogen kijk.

Ben je soms tevreden over een beeld, ben je er blij mee?

Ja, anders toonde ik het niet.

Op welk moment ben je tevreden over werk?

Wanneer het voelt alsof het beeld en ik met elkaar geslapen hebben. Mijn werk heeft onmiskenbaar iets erotisch, in platonische zin.

Verwerp je soms een foto? Wanneer?

Als ze te veel foto is: te déjà-vu, te artistiekerig of te banaal realistisch. En ook wanneer ze (te) lelijk is.

Waarom fotografeer je?

Omdat de zogenaamde werkelijkheid me niet werkelijk of beter  
w a a r  genoeg is. Of zoals het personage Anna bij Robert Musil zegt, licht aangepast: ‘Mijn [fotografie] is het pad naast de afgrond van de liefde.’ Of, met een ander woord van Robert Musil: ‘Taghelle Mystik’ – de ogen sluiten bij klaarlichte dag.

Zit er een ontwikkeling in je werk?

Mijn werk wordt steeds  a b s t r a c t e r . Maar het mag geen koele, beredeneerde abstractie zijn. Mijn beelden ontstaan intuïtief, als epifanieën die over me heenkomen. Het zijn verdiepte momentbelevingen.


Heb je een tip voor wie naar je beelden kijkt?

Stel je reactie uit, blijf kijken, denk niet te vlug ‘Dat  i s  het!’. Stel je open voor wat op je af- en in je opkomt. ‘In de ziel is alles mogelijk.’